8 Handige Excel-formules die je moet kennen

Excel is een populair en krachtig spreadsheet-programma dat in veel situaties kan worden gebruikt, van eenvoudige berekeningen tot geavanceerde data-analyse. Om het meeste uit Excel te halen, komt het zeer van pas om vertrouwd te raken met enkele van de meest gebruikte formules. Een praktijkgerichte Excel cursus kan je de benodigde kennis bieden rondom handige formules. In dit artikel bespreken we acht essentiële Excel-formules die handig zijn om te kennen, samen met gedetailleerde uitleg en voorbeelden van hoe je ze kunt gebruiken.

VERT.ZOEKEN (VLOOKUP)

De VERT.ZOEKEN-formule wordt gebruikt om gegevens op te zoeken in een tabel. Het is vooral handig voor het zoeken naar specifieke informatie binnen grote datasets. Deze formule doorzoekt een kolom naar een bepaalde waarde en retourneert een waarde uit een andere kolom in dezelfde rij.

Syntax: =VERT.ZOEKEN(zoekwaarde; tabelmatrix; kolomindex_getal; [benaderen])

Voorbeeld: =VERT.ZOEKEN(“ProductA”; A2:B10; 2; ONWAAR)

Uitleg: Stel je hebt een lijst met producten in kolom A en hun prijzen in kolom B. Met de VERT.ZOEKEN-formule kun je de prijs van “ProductA” opzoeken. De formule doorzoekt de eerste kolom (A) naar “ProductA” en retourneert de prijs uit de tweede kolom (B). Het argument “ONWAAR” zorgt ervoor dat de formule alleen exacte overeenkomsten retourneert, wat betekent dat de naam precies moet kloppen.

ALS (IF)

De ALS-formule wordt gebruikt om logische tests uit te voeren en waarden terug te geven op basis van de uitkomst van de test. Dit is nuttig voor het maken van beslissingen in je spreadsheet.

Syntax: =ALS(logische_test; waarde_als_waar; waarde_als_onwaar)

Voorbeeld: =ALS(B2>100; “Goed”; “Slecht”)

Uitleg: Met de ALS-formule kun je eenvoudig een voorwaardelijke logica toepassen. In dit voorbeeld controleert de formule of de waarde in cel B2 groter is dan 100. Als dit waar is, retourneert de formule “Goed”, anders “Slecht”. Dit is handig voor het beoordelen van prestaties, zoals in een verkooprapport waar je wilt aangeven of een doelstelling is gehaald.

SOM.ALS (SUMIF)

De SOM.ALS-formule somt getallen op op basis van een specifieke voorwaarde. Dit is handig voor het berekenen van totalen op basis van bepaalde criteria.

Syntax: =SOM.ALS(bereik; criteria; [bereik_som])

Voorbeeld: =SOM.ALS(A2:A10; “>100”; B2:B10)

Uitleg: Stel je hebt een lijst met verkopen en je wilt het totaal berekenen van de verkopen die groter zijn dan 100. De SOM.ALS-formule doorzoekt het bereik A2

naar waarden groter dan 100 en telt de overeenkomstige waarden in het bereik B2

op. Dit is nuttig voor het analyseren van datasets en het snel verkrijgen van totalen die aan specifieke criteria voldoen.

GEMIDDELDE (AVERAGE)

Deze formule berekent het gemiddelde van een reeks getallen, wat nuttig is voor het verkrijgen van gemiddelden van datasets.

Syntax: =GEMIDDELDE(getal1; [getal2]; …)

Voorbeeld: =GEMIDDELDE(A2:A10)

Uitleg: De GEMIDDELDE-formule is een eenvoudige manier om het gemiddelde van een reeks getallen te berekenen. Dit kan handig zijn in situaties waar je een overzicht wilt krijgen van de algemene prestaties, zoals het gemiddelde cijfer van een klas of de gemiddelde verkoop over een bepaalde periode.

AANTAL.ALS (COUNTIF)

De AANTAL.ALS-formule telt het aantal cellen in een bereik die voldoen aan een bepaalde voorwaarde. Dit is nuttig voor het tellen van specifieke items in een dataset.

Syntax: =AANTAL.ALS(bereik; criteria)

Voorbeeld: =AANTAL.ALS(A2:A10; “Ja”)

Uitleg: Met de AANTAL.ALS-formule kun je snel tellen hoe vaak een bepaalde waarde voorkomt in een bereik. Bijvoorbeeld, als je een lijst hebt met antwoorden op een enquête en je wilt weten hoeveel keer “Ja” is geantwoord, gebruik je deze formule om het aantal “Ja”-antwoorden te tellen.

SAMENVATTEN (CONCATENATE)

Deze formule wordt gebruikt om meerdere tekststrings samen te voegen tot één string, wat handig is voor het combineren van gegevens uit verschillende cellen.

Syntax: =SAMENVATTEN(tekst1; [tekst2]; …)

Voorbeeld: =SAMENVATTEN(A2; ” “; B2)

Uitleg: De SAMENVATTEN-formule is handig voor het combineren van tekst uit meerdere cellen. Bijvoorbeeld, als je voor- en achternamen in aparte cellen hebt staan, kun je deze samenvoegen tot één volledige naam. In dit voorbeeld worden de waarden in cellen A2 en B2 samengevoegd, gescheiden door een spatie.

HORIZ.ZOEKEN (HLOOKUP)

De HORIZ.ZOEKEN-formule werkt vergelijkbaar met VERT.ZOEKEN, maar zoekt in horizontale rijen in plaats van verticale kolommen. Dit is nuttig voor het doorzoeken van gegevens in een rij.

Syntax: =HORIZ.ZOEKEN(zoekwaarde; tabelmatrix; rijindex_getal; [benaderen])

Voorbeeld: =HORIZ.ZOEKEN(“Jan”; A1:D10; 2; ONWAAR)

Uitleg: Als je een lijst met maanden in de eerste rij en bijbehorende gegevens in de rijen eronder hebt, kun je met de HORIZ.ZOEKEN-formule snel informatie vinden. In dit voorbeeld zoekt de formule naar “Jan” in de eerste rij van het bereik A1

en retourneert de bijbehorende waarde uit de tweede rij.

NU (NOW)

De NU-formule geeft de huidige datum en tijd terug, wat nuttig is voor het bijhouden van tijdstempels in je gegevens.

Syntax: =NU()

Voorbeeld: =NU()

Uitleg: De NU-formule is handig voor het toevoegen van de huidige datum en tijd aan je spreadsheet. Dit kan nuttig zijn voor het bijhouden van wanneer gegevens zijn bijgewerkt of wanneer een rapport is gegenereerd.

Deze acht formules vormen de basis voor veel van de functionaliteiten die Excel te bieden heeft. Door deze formules onder de knie te krijgen, kun je efficiënter werken en complexere taken uitvoeren met Excel. In de meeste Excel cursussen worden veel van deze formules uitgebreid behandeld, om er vervolgens mee te gaan oefenen.

Scroll naar boven